Spint
Inhoudsopgave
Kleuren de bladeren van je planten geel? En zie je webjes op de bladeren zitten? Dan is de kans groot dat je planten last hebben van spint. Spint is geen insect maar behoort tot de onderklasse mijten. Er zijn meerdere spintsoorten, maar de bonenspint (Tetranychus urticae, two-spotted spidermite) is de soort die we het meest tegenkomen. Spint komt in vele gewassen voor zoals komkommer, aubergine, bonen, roos, Hortensia, Hedera, Olijfboom, Chamaedorea, Calathea en in nog veel meer planten.
Spint levenscyclus
Spint heeft 5 ontwikkelingsstadia die allemaal op de plant plaatsvinden. Deze ontwikkelingsstadia zijn: een eistadium, het larvestadium, het eerste nimfenstadium, het tweede nimfenstadium en de volwassen mijt. Bij elk stadium wordt de spintmijt iets groter. Volwassen spintmijten kunnen ze zich voortplanten.
Schadebeeld spint
Zowel de larven, nimfen als de volwassen mijten maken schade aan planten door zich met plantenweefsel en plantensappen te voeden. Hierdoor ontstaan gele plekjes op het blad. Bij een grote spintaantasting kleurt het blad van groen naar geel naar bruin en sterft uiteindelijk af. Ook ontstaan er webben in de plant die vol met mijtjes zitten.
Tien feiten over spintmijten
- Spint houdt van droogte (lage luchtvochtigheid) en warmte. Daarom ontwikkelt spint zich snel in kasjes en bij zomers weer.
- Spint houdt van tocht (of planten houden niet van tocht en zijn daardoor vatbaarder). Daarom ontstaat spint het eerst op tochtplekjes zoals in een kasje bij de deur of buiten langs een pad.
- De plek waar een spintaantasting is begonnen wordt een haard genoemd. Vandaaruit verspreidt spint zich door bijvoorbeeld wind, mensen/dieren of via gewassen. Spint begint vaak aan de onderkant van het blad.
- Als de plant zich in een generatieve fase (bloei) bevindt is de plant vatbaarder voor spint (bij bladluis is dit juist omgekeerd, bladluis ontwikkelt zich extra snel als de plant zich in de vegetatieve fase bevindt).
- Bevruchte vrouwtjes brengen zowel mannetjes als vrouwtjes spint voort; onbevruchte vrouwtjes brengen alleen mannetjes voort. De verhouding tussen mannetjes en vrouwtjes in een spintpopulatie is meestal 1 vrouwtje : 3 mannetjes.
- Volwassen vrouwtjes zijn dikker dan mannetjes. Dat komt doordat er bij vrouwtjes eitjes in hun lichaam ontwikkelen.
- De populatie-ontwikkeling van spint stopt onder de 12 graden Celsius.
- Spint gaat in diapauze; d.w.z. in rust gedurende de winter. Een bevruchte vrouwtjesspint gaat in rust als de daglengte afneemt, de temperatuur kouder wordt en het voedselaanbod afneemt. Ze kruipt dan weg tussen kiertjes en gaatjes en wordt weer actief als in het voorjaar de daglengte en temperatuur toenemen en er weer voedselaanbod is. Vervolgens legt ze haar eitjes die in het groeiseizoen weer voor een nieuwe generatie spint gaat zorgen.
- De biologische bestrijding in de professionele tuinbouw is begonnen bij de spintbestrijding. Een komkommerkweker kreeg in 1967 allergische reacties van de chemische middelen tegen spint en is gaan zoeken naar een alternatief. Deze werd gevonden in de roofmijt Phytoseiulus persimilis en daarmee is de biologische plaagbestrijding geboren. Vele natuurlijke vijanden zouden volgen en nog steeds wordt er volop onderzoek gedaan naar nieuwe ontwikkelingen op gebied van natuurlijke plaagbestrijding. Nog altijd wordt Phytoseiulus persimilis veel gebruikt in de tuinbouwsector en is deze roofmijt een kampioen in de biologische spintbestrijding.
- Andere bekende spintsoorten die schade geven zijn: fruitspint (Panonychus ulmi) in fruitgewassen, citrusspint (Panonychus citri) in o.a. heesters zoals skimmia en buxusspint (Eurytetranychus buxi), specifiek in buxus.
Spint herkennen
Controleer het gewas regelmatig op de aanwezigheid van spint. Zoek naar gele vlekjes op het blad en kijk op de onderkant van het blad of je spint of spinteieren ziet. Gebruik hier eventueel een loepje voor.
Markeer de spintplek en onthoud deze plek goed. Vaak begint een nieuwe spintaantasting praktisch op dezelfde plek.
Zorg voor een hoge luchtvochtigheid (dat zal echter niet altijd haalbaar zijn) door bijvoorbeeld planten met water te benevelen. Let dan wel extra op schimmelziekten.
Spint bestrijden
Spint op biologische wijze bestrijden kan met roofmijten. Neoseiulus californicus werkt goed bij een preventieve inzet of bij een allereerste spint. Phytoseiulus persimilis ruimt een spintplek (haard) op.
Als er maar een enkel blaadje is aangetast dan is het het makkelijkste om dit blaadje weg te plukken en af te voeren. Zet dan ook de roofmijt Neoseiulus californicus of Amblyseius swirskii in. Als er webben aanwezig zijn dan is de aantasting erg groot en zitten de webjes vol met mijten. Haal de webben en mijten zoveel mogelijk weg. Denk maar zo, elk volwassen vrouwtje die weggevangen wordt scheelt weer (gemiddeld) 80 eitjes. Kies dan ook voor de roofmijt Phytoseiulus persimilis. Bij een grotere spintaantasting is de roofmijt Neoseiulus californicus niet voldoende.