Taxuskever en andere snuitkevers
Inhoudsopgave
Zie je ronde hapjes uit de randen van de bladeren? Deze “postzegelrandjes” worden veroorzaakt door een snuitkever. De taxuskever is de meest voorkomende snuitkever die we in tuinen en kwekerijen tegenkomen.
De Latijnse naam voor taxuskever is Otiorhynchus sulcatus. Taxuskever wordt ook wel gegroefde lapsnuitkever genoemd. Deze naam heeft de kever te danken aan het feit dat de vleugels vergroeid zijn met het lichaam. De taxuskever kan daarom niet vliegen maar wel enorm goed lopen; zo’n tientallen meters per nacht.
Hoe ziet taxuskever eruit
De volwassen kever is 7-10mm lang, bruinzwart van kleur en heeft vaalgele/roze vlekjes op de rug. De antennen maken een knik. De dekschilden zijn gegroefd (gegroefde lapsnuitkever) en zijn met het lichaam vergroeid waardoor ze niet kunnen vliegen. Lopen kunnen ze wel erg goed, enkele tientallen meters per nacht. De kevers zijn nachtdieren. Overdag houden ze zich schuil tussen beplanting (bijvoorbeeld in de Hederaheg), onder planken of onder een strooisellaag (boomschors e.d.) op de grond. De eitjes zijn rond, hebben een doorsnee van 0,7mm en zijn wit van kleur als ze net gelegd zijn. Naarmate de eitjes ouder worden kleuren ze bruin. De larven zijn wit/creme van kleur met een bruine kop, ze zijn pootloos en liggen vaak krom in een c-vorm. Net uit het ei gekomen zijn de larven ongeveer 1mm groot. Naarmate ze eten en vervellen worden ze tot zo’n 12mm groot. De poppen zijn crèmekleurig, 7-10mm groot en liggen stil in een holletje in de grond.
Levenscyclus taxuskever
De levenscyclus van de taxuskever bestaat uit een eistadium, 6 larvenstadia, het popstadium en het volwassen stadium. In ons klimaat heeft de taxuskever buiten 1 generatie per jaar. De volwassen kever is aanwezig vanaf half mei t/m november. In de herfst hebben de kevers hun levenscyclus voltooid en gaan ze dood. De kevers leggen eitjes vanaf half juni tot in november. De eitjes worden in de grond gelegd bij de plantenwortels. Uit de eitjes komen de larven die vervolgens aan de plantenwortels gaan vreten. De larven zullen 6-7 keer vervellen en zo de verschillende larvenstadia doorlopen. Als het in het najaar kouder wordt kruipen ze dieper de grond in en gaan ze in winterrust. In maart, als de temperatuur weer oploopt, kruipen de larven weer naar boven om vervolgens weer aan de plantenwortels te vreten tot het moment dat ze het popstadium ingaan. Vanaf april tot ongeveer eind mei zullen de larven zich verpoppen tot volwassen kever. De kevers komen uit de grond en zo is er de volgende generatie kevers. De populatie taxuskever bestaat uit 100% vrouwtjes die zich ongeslachtelijk voortplanten. Elke kever kan tussen de 100-1000 eitjes leggen. Dit worden ook allemaal weer vrouwtjes die op hun beurt weer 100-1000 eitjes kunnen leggen. Zo kan de populatie taxuskever in een paar jaar tijd enorm oplopen.
Schade door taxuskever
Taxuskevers zijn schadelijk voor vele gewassen zoals Taxus, Hortensia, Hedera, Heuchera, Aardbei, Rhododendron, olijfboom en nog veel meer. De kevers eten van de bladeren. Dat doen ze altijd aan de rand van het blad. Daardoor ontstaan de zogenaamde “postzegelranden”. Dit is dan ook het grote verschil met het schadebeeld wat rupsen en slakken veroorzaken. Rupsen en slakken eten namelijk ook in het binnenste van bladeren. In de blog Herkennen van vraat aan blad staat dit verder beschreven.
De vreterij van de volwassen snuitkevers is voor een plant nog niet eens zo heel erg, dat kan een plant wel overgroeien. Maar de larven van de snuitkever veroorzaken wel veel schade. Zij vreten aan de wortels van planten waardoor planten verwelken en uiteindelijk afsterven.
postzegelrandjes door taxuskever
Snuitkever in huis
Snuitkevers lopen ook wel eens in huis. Omdat het goede lopers zijn kunnen ze makkelijk naar binnen lopen. Ze kunnen zelfs via de buitenmuur omhoog naar de eerste etage lopen. Als er planten in huis staan is het belangrijk om de kevers in huis te vangen voordat ze eitjes leggen in de potten van kamerplanten. Als een snuitkever zich binnen nestelt gaat de levenscyclus van de kever veel sneller. Dan gaan de larven niet in rust en kunnen er al in januari volwassen kevers in huis lopen.
Taxuskever bestrijden
Tegen de volwassen taxuskever is weinig anders te doen dan de kevers vangen. Kevers vangen kan met behulp van een paraplu. Houd de paraplu op zijn kop onder de beplanting te houden en schudt vervolgens aan de beplanting. De kevers die in de beplanting zitten vallen in de paraplu en zijn zo makkelijk af te voeren. Ook kunnen er planken in de beplanting neergelegd. Overdag zullen de snuitkevers onder de planken schuilen. Wanneer je de planken overdag omdraait kun je de kevers zo van de planken afhalen. Taxuskevers zijn nachtdieren en worden actief in de schemering. ’s Avonds zijn de kevers met een zaklamp in de tuin te vinden. Voer de kevers af in de GFT-bak. Weggooien in het plantsoen heeft geen zin want dan komen ze weer vrolijk terug.
De larven van de lapsnuitkever zijn effectief te bestrijden met insectparasitaire aaltjes oftewel met nematoden. Dit zijn kleine rondwormen die niet met het blote oog te zien zijn en die leven in de grond. Ze zijn ook van nature in Nederland aanwezig maar niet in die aantallen dat ze een snuitkeverplaag kunnen bestrijden. Er zijn 3 soorten aaltjes die de larven van de taxuskever bestrijden namelijk: Heterorhabditis bacteriophora, Steinernema kraussei en Steinernema feltiae. Het aaltje Heterorhabditis bacteriophora is werkzaam vanaf een bodemtemperatuur van 12 graden Celsius en daardoor toepasbaar in de zomer en vroege herfst. Het aaltje Steinernema Kraussei is het zogenaamde “koude-aaltje” en werkzaam vanaf een bodemtemperatuur van 5 graden Celsius en daardoor toepasbaar in het vroege voorjaar en in de herfst. Het aaltje Steinernema feltiae is werkzaam bij een bodemtemperatuur van 8 graden Celsius en wordt met name gebruikt als er ook emelten aanwezig zijn.
Aaltjes tegen taxuskever
het “warme”aaltje Heterorhabditis bacteriophora
Het aaltje Heterorhabditis bacteriophora bestaat uit een eistadium, 4 larvenstadia en een volwassen stadium. Het product aaltjes bevat aaltjes in het derde larvenstadium. Dit is het enige stadium wat buiten de gastheer kan leven. Wanneer deze aaltjes over de tuin worden uitgegoten gaan ze op zoek naar larven van de taxuskever en dringen via lichaamsopeningen en via de huid naar binnen. De aaltjes dragen bacteriën bij zich. Deze bacteriën zorgen ervoor dat de taxuskeverlarven ziek worden uiteindelijk doodgaan. De bacteriën van het aaltje verspreiden zich door de larven heen en zorgen ervoor dat het weefsel van de gastheer omgezet wordt in voedsel voor de aaltjes. De aaltjes zullen zich in de taxuskeverlarven ontwikkelen naar het vierde larvenstadium waaruit vervolgens tweeslachtige aaltjes ontwikkelen. Deze aaltjes leggen eitjes waaruit een nieuwe generatie aaltjes zich razendsnel ontwikkeld tot het vierde larvenstadium. Uit deze tweede generatie larven ontwikkelen mannetjes en vrouwtjesnematoden die zullen paren. Na paren sterven de mannetjes. De vrouwtjes leggen eitjes die zich in het vrouwtjesaaltje of in de gastheer ontwikkelen tot het tweede larvenstadium. Als de larven zich in het derde larvenstadium bevinden verlaten ze de gastheer en gaan ze op zoek naar een nieuwe gastheer. Het derde larvenstadium is het enige stadium wat buiten de gastheer kan leven. Dit is dan ook het stadium wat verkocht wordt ter bestrijding van de larven van de lapsnuitkever.
Na besmetting met nematoden sterft de taxuskeverlarve binnen 48 uur. De keverlarven verkleuren na een week tot 2 weken van crèmekleurig wit naar roze/bruin. De beste tijd om Heterorhabditis in te zetten is eind augustus/begin september. Dan worden de laat gelegde eitjes ook nog bestreden, is de bodemtemperatuur nog hoog genoeg en is de grond vochtiger dan in de zomer.
Het “koude”-aaltje Steinernema kraussei
Een ander insectparasitair aaltje welke de larven van de taxuskever bestrijdt is het aaltje Steinernema Kraussei. Steinernema kraussei werkt al vanaf een bodemtemperatuur vanaf 5°C. Dit aaltje is dus zeer geschikt om in te zetten in het vroege voorjaar voordat de taxuskeverlarven zich gaat verpoppen tot volwassen kever. Elk bestreden larve zorgt ervoor dat er minder eitjes gelegd worden in de zomer. De levenscyclus van Steinernema kraussei lijkt op die van Heterorhabditis bacteriophora. De levenscyclus van deze rondworm bestaat uit een eistadium, 4 larvenstadia en een volwassen stadium. Het derde larvenstadium van het aaltje dringt via de lichaamsopeningen de larven van de taxuskever, gastheer, binnen. In de darm van het aaltje bevinden zich bacteriën. Deze bacteriën zorgen ervoor dat de larven ziek worden en dood gaan. De bacteriën verspreiden zich door de gastheer en zorgen ervoor dat het weefsel van de gastheer omgezet wordt in voedsel voor de aaltjes. De aaltjes zullen zich in de taxuskeverlarven ontwikkelen naar het vierde larvenstadium waaruit vervolgens de mannetjes en vrouwtjesaaltjes ontstaan. Na paren leggen de vrouwtjes eitjes. Het eerste larvenstadium van het aaltje vind nog plaats in het eitje. Tijdens het tweede larven stadium komen de aaltjes uit de eitjes in de gastheer. Zodra de aaltjes zich in het derde larvenstadium bevinden verlaten ze de gastheer en gaan ze op zoek naar nieuwe taxuskeverlarven.
Andere schadelijke lapsnuitkevers met ongeveer dezelfde schadebeelden en levenswijze zijn: Otiorhynchus ovatus: de kleine lapsnuitkever. Deze kever is maar 5-5,5mm groot. Othiorhynchus singularis: de gevlekte lapsnuitkever.
Ook de larven van deze lapsnuitkevers kunnen met nematoden bestreden worden.
Bekijk het youtube filmpje over het toepassen van aaltjes tegen taxuskever en voor meer informatie over de toepassing van aaltjes.